Voor Tanzanianen is religie een belangrijk deel van je persoonlijkheid.
Ik ben er ondertussen al lang achter dat ik er niet mee wegkom te zeggen dat ik geen religie heb.
Braaf vul ik katholiek in; ik heb er tenslotte lang genoeg voor in de kerk gezeten, naast een vader die vals meezong, veel te laat inviel en verder zijn kleingeld uit zijn broekzak telde of - heiligschennis - 1 keer zelfs zijn nagels begon te knippen.
De diepe schaamte van dertig jaren geleden overvalt me nu ik eraan terugdenk.
Goed, Tanzania dus.
Kerken, moskeeen, in dagdagelijkse gesprekken; overal is wel een Hoger Wezen aanwezig.
Op zondag loopt de hele christelijke bevolking dan nog eens te hoop om urenlang het lof van God en zijn zoon te zingen in stoffige, bedompte kerkjes.
Ook op auto's en bussen vind je veelvuldige verwijzingen naar God.
In onze buurt vlamt een dala dala rond met een chauffeur op speed. Achteraan staat in de befaamde kleefletters "It's not me, it's God."
Tja, zo kan je je natuurlijk alles permitteren met God aan het stuur.
Een andere mooie vind ik nog altijd "protected by the blood of Jesus" op je auto.
Ik stel er me altijd een splatterfilm bij voor. Hakbijlen en rondvliegende ledematen.
Onderstaand wisselkantoor had er zowaar geld voor over.
God blijkt nu ook al ingeschakeld zijn - dankzij zijn algehele goedheid en rechtvaardigheid - als promotie voor een niet corrupte zaak.
God is algemeen gekend, een handelswijze waarbij eerlijkheid als reclame gebruikt wordt, veel minder...
1 opmerking:
http://www.facebook.com/pages/The-Church-of-the-Flying-Spaghetti-Monster-Canadian-Division/245079965511453?sk=info
Een reactie posten