En ik die dacht dat niets me nog kon verrassen.
Ik herinner me nog levendig de grensovergang tussen Algerije en Niger.
Diep in de Sahara is dat.
Een hoop stoffige en vervallen huizen waar de hele omgeving lethargie uitstraalt.
"Woon in zo'n gat," was het enige wat ik dacht toen ik de lokale shop aanschouwde. (vier La Vache Qui Rit's en twee blikken tonijn in eigen nat op het verder lege schap - ik kocht de hele voorraad).
Maar we stapten in de truck en reden verder, nagewuifd door lachende gezichten.
Vier jaar lang reed ik mijn achterafstraatje in Arusha uit - modder of stof naargelang het seizoen - en daarin vuile kindertjes, magere moeders die naar de markt geweest waren en een kromme boer met zijn koeien.
Het was absoluut niet de wereld waar ik in opgegroeid was maar het werd onmiddellijk en zonder enige twijfel een deel van mijn dagelijks bestaan; des te makkelijker omdat iedereen die rare blanke kende na twee dagen en een brede glimlach iedere ochtend opnieuw bij de routine hoorde.
In Myanmar is een regenseizoen pas een regenseizoen.
Het giet en stortregent dagen aan een stuk tot niets nog droog is.
Vlakbij ons huis, langs de grote weg, woonden mensen in hutjes die niet eens een zacht buitje buiten konden houden.
Binnenin moet alles klam geweest zijn; de vloer drijfnat.
Tel daarbij de muggen en de bewoners leefden waarschijnlijk in het voorgeborgte van de hel.
En toch was het niet aan hen te merken.
Dollen met de kinderen, een partijtje voetbal in de modder en iedereen scheen heel tevreden.
Door die positieve ingesteldheid ga je minder nadenken over de verschillen tussen jouw leven en het hunne en net daarom had ik dus nog nooit een cultuurshock ervaren.
Tot in Amerika dus,
Land of The Free.
Land waar alles mogelijk is; from zero to hero en meer van die peptalk.
We waren net aangekomen in Albuquerque en verbleven in een klein AirBnB huisje en zochten op zondag de buitenlucht en iets te eten op.
We belandden in The Frontier, Mimi's vaste stek uit lang vervlogen tijden.
Omdat kleine Zane een beetje vervelend begon te doen, ging ik een eindje wandelen met hem.
En toen, nooit verwacht dat dat hier zou gebeuren, kreeg ik 'm frontaal in mijn gezicht; een culture shock om U tegen te zeggen,
Op mijn kleine wandeling van nog geen tien minuten zag ik - op een doodse zondagmiddag - zoveel stille ellende, zoveel doffe blikken en zoveel verschil tussen rijk en arm, gezond en ziek, gelukkig en ten-einde-raad dat ik met mezelf geen blijf wist.
Er was de Afro-Amerikaanse man die zijn winkelkar verder duwde. Het ding miste een wiel en man en kar wisten helemaal niet waar ze heen gingen.
Een vrouw van middelbare leeftijd liep luid kakelend en in zichzelf pratend op en neer met een hele hoop kranten.
Uitgeteld in een portiek hing een meisje met roze en groen haar te bekomen van haar laatste shot terwijl aan de stoplichten een man zonder tanden stond te bedelen.
Er waren de illegale kinderen met hun moeder; vuile gezichtjes, gerafelde kleren en helemaal niet opgewassen tegen de winter die er langzaam aankomt.
Er was het dronken koppel dat ruzie maakte en het weer bijlegde op de tijd dat ik ze voorbij wandelde en er waren 'de anderen' - ikzelf incluis - die hier passeerden,
De korste afstand tussen de auto en de deur van The Frontier was een rechte lijn; plots waren we allemaal heel erg goed in wiskunde.
Het was deprimerend en confronterend en ik wandelde verloren terug naar ons tafeltje in de gezellige drukte van zij-die-het-zich-konden-permitteren.
En zoals alle geestelijke pijn ebde de herinnering beetje bij beetje weg.
Maar nu weet ik (eindelijk - helaas) ook wat een cultuurshock is.
Alleen had ik hem hier niet verwacht,,,
1 opmerking:
Tja, zo erg hebben we het hier ook nog niet... Alleen beseffen we het soms veel te weinig.
Een reactie posten