Al sinds onze aankomst in de Verenigde Staten had vriend Paul ons aangeraden om The Golden Corral eens op te zoeken.
Niet alleen omwille van de innerlijke mens maar ook om de lokale fauna en flora te aanschouwen.
Aangezien we een zeer budget-bewust leven leiden (en geloof me, het is kwalitatief gelijk aan ons vroegere leven; alleen vergt het soms wat meer uitstellen en wat minder onmiddellijke-behoefte-bevredigend gedrag), was de tijd nu rijp om uit eten te gaan in de lokale afspanning van de keten.
We hadden namelijk via de post een aanbod gekregen dat niet te weigeren was.
Ongelimiteerd eten, frisdrank en koffie incluis voor ons vieren - en 8 en 10 kunnen eten als volwassenen - voor iets van een 18 euroots, je kan het niet laten liggen, zeker als je er een gratis levend-museumbezoek bijkrijgt.
Wij dus om drie uur in de namiddag, volgens het onnavolgbare bioritme van Master Zane, naar het buffet.
Bij het binnenkomen, werd onmiddellijk duidelijk dat we ons in een parallel universum bevonden.
De rij die aanschuift om te betalen is een doorsnede van de onderbuik van Albuquerque.
De kassier, zeer vriendelijk en beleefd, doet de rij aangroeien tot enorme proporties, enkel en alleen omdat hij de lokale munten en briefjes niet onder de knie heeft en er uren over doet om het correcte wisselgeld te overhandigen.
Ik maak me de bedenking dat de manager misschien iemand anders op deze positie zou moeten zetten totdat een furie de open keuken uitstuift en de arme jongen uitmaakt voor het vuil van de straat in een sappige mix van Spengels.
Ze zwaait met een selder - het wapen dat ze in haar hand had toen het potje in de keuken overkookte - en spuwt haar woorden uit.
Mijn collega's in de wachtende rij kijken niet op van hun smartphone; ze zijn in hun eigen buurt wel wat meer gewoon,
Een manager leidt de dame (tattoo's in de hals) onder zachte dwang terug naar haar werkplek. Hier mag je het nog zo hard verknallen; je jobje raak je zo snel niet kwijt.
Het wordt me ook duidelijk dat ze niemand in voorraad hadden die een betere kassier zou zijn...
We kiezen een tafeltje en een andere, hele lieve maar evenzo hele trage jongen komt ons verzekeren dat hij ons spoedig bestek en drankjes zal brengen,
Wij gaan ondertussen kijken wat het restaurant te bieden heeft en dat is heel wat gezien de zeer goedkope kost voor dit alles.
Er is een salad bar, een afdeling met allerlei soorten vlees, er zijn pasta's en pizza's en natuurlijk een Mexicaanse hoek.
Verder zie ik vijf soorten taart en ontdekken de kinderen tot hun grote vreugde een chocoladefontein met enorme aardbeien en Marshmellows.
We besluiten ons bordje vol te laden - ik kan Enzi ervan weerhouden om met de chocoladefontein te beginnen als voorgerecht - en eenmaal aangekomen aan onze tafel is er nog geen spoor van onze vriendelijke ober met het bestek.
Ik ga zelf op onderzoek uit, vind wat ik nodig heb en een vol kwartier daarna komt de jongen opdagen.
Hij is duidelijk in de war dat ie ons al vork en mes heeft gebracht en verdwijnt stamerend opnieuw om de drankjes.
Het voordeel aan een buffet is dat je lang kan blijven zitten en dat heb ik dan ook met veel vreugde gedaan.
Rondom ons was het een gaan en komen van zowel kleurrijke als troosteloze figuren en ik keek mijn ogen uit,
Obesitas was al zeker het sleutelwoord maar die lichaamsvorm kwam dan weer in een waaier van verscheidenheid.
Nooit eerder zag ik zoveel verschillende rassen als vandaag.
Er waren de kogelronde Afro-Amerikaanse dames met een derriere als een bijzittafeltje die hun eigen lijzige lingo gebruikten om hun kinderen een standje te geven (I tol' you if you kids was not behavin', I would kick your fat black asses) naast de uitgedijde Mexicaanse mama's - je zag aan de 18-jarige dochters met zware make up hoe mama er vroeger moet uitgezien hebben - en die ratelden dan aan 1 stuk door tegen hun kroost in een staat van constante bijna-hysterie.
Vier Aziatische jongens waggelden binnen. Nauwelijks 20 jaar oud schatte ik ze maar met een levensverwachting van 30,
De meth heads uit Breaking Bad kwamen ook langs. Puisterige koppen op een uitgeteerd lichaam. Waarschijnlijk hun eerste degelijke maaltje in een week.
Ook hun dealers kenden deze plaats. Patserige mannen met tattoo's in hun gezicht. Piercings door de wangen. Hanekam. Broek tot verder onder de bilspleet (gelukkig wel ondergoed).
Een cowboy zat broederlijk naast een familie Native Americans.
Ik vroeg me af of ze zouden praten.
Cowboyhoed op een speciaal bijgeschoven stoel. Boots met hakken die door het hele restaurant weerklonken toen de man traag naar het vleesstation wandelde, Gebogen benen en geruit hemd.
Verus:
De norse gezichten met de mondhoeken naar beneden gericht. Vader een langere gevlochten paardestaart dan de dochter. Pratend in hun eigen Navajo-taal.
Net voor vier uur was er nog even opschudding.
Op dat uur begint namelijk de avondservice met enorme en ongelimiteerde lappen biefstuk op de grill.
Als je net voor vier binnenraakte, dan had je al dat lekkers aan de goedkopere lunchprijs en dus was het plots een duwen en trekken aan de kassa.
Ik hou zeker de bonnetjes in onze brievenbus in de gaten want hier wil ik nog terugkomen.
Een spotprijsje voor lekker eten en een gratis antropologische trip door New Mexico....
1 opmerking:
Ik geloof dat we alleen gaan eten en drinken als we bij jullie komen.
Een reactie posten