Een keer in de zeven jaar gaan de Maasai door een groots ritueel.
Alle jongeren van de leeftijdsgroep tussen ongeveer negen en zestien worden dan een trapje hoger getild in de zeer hierarchisch opgebouwde gemeenschap.
Weken aan een stuk wordt er gefeest.
Op het einde van deze zeer luidruchtige vertoningen wordt de jongeman in kwestie ontdaan van zijn voorhuid.
Weken nu al worden de jongelingen thuis opgehaald door een groep ouderen om een training te doorstaan.
Beetje bij beetje wordt naar de grote dag toegewerkt. De dag waarop - zonder enige verdoving - de operatie wordt uitgevoerd.
Knipper je met je ogen, roep je of vertrek je een spier in je gezicht, dan ben je het haasje...
De kant van de stad waar wij (nu nog) wonen (daarover later meer), ligt in de richting van 'Ngaramtoni waar nog veel Maasai leven.
Ook ons straatje krijgt dus dagelijks af te rekenen met grote groepen enthousiaste jongeren.
Graag zou ik ze eens filmen maar ik durf het niet goed. In hun kleurrijke kleren, zwaaiend met hun wapens, een speer, een dolk of een knuppel lopen ze zingend en dansend door de buurt.
Ik vind het prachtig.
Zo dicht bij de natuur, een mooi gebruik dat generatie na generatie doorgegeven wordt, een feest van volwassenheid waar de moderne beschaving geen vat op heeft.
Tot deze ochtend...
Ik haalde Maria van het kantoor bij haar thuis op.
Maria, zelf een Maasai, deed een boekje open over de o zo pure gebruiken.
"De hele nacht zuipen ze zich lam aan goedkope alcoholische brol", zo klonk het.
"Ja", riposteerde ik, "bij een feest hoort misschien wat drank maar die nachtelijke gezangen en dat samenhorigheidsgevoel, dat is toch prachtig?"
Over-religieuze Maria aarzelde.
Toen kwam het eruit in 1 lange gulp...
"Ze zingen van die schunnige liedjes, de hele nacht lang. Hoeveel vrouwen heb jij al genaaid voor je pik geknipt werd? Hoeveel kinderen heb jij al rondlopen? Binnenkort ziet je lul alle kleuren van de regenboog."
Maria zweeg, beduusd door haar eigen openheid.
En in die stilte hoorde ik mijn eigen naieve ideeen over de natuurmens in duizend stukjes uiteenvallen op de harde stenen van de werkelijkheid...
2 opmerkingen:
wij liggen nu ook al enkele dagen wakker door al het gezang naast ons, de honden worden zowat gek.. Ik vind het allemaal heel dubbel: van mij mag de operatie wat hygienischer en minder bepalend voor je waarde als man (in Nelson Mandela's biografie beschrijft hij zijn ervaring ermee) maar dat gezang als in een trance en hun blijdschap en al het gefeest: het leek me te getuigen van rijke cultuur.. Ik ben dan ook geen Maria. Maar ik moet wel lachen met wat ze zei want ik had tot dusver geen idee wat ze zongen..
Wat een mooie laatste zin van mijn literaire zoon !
Zijn fiere mama.
Een reactie posten