Toen ik nog op de Westside van Albuquerque woonde, bezocht ik wel eens Marble taproom, een lokale afspanning.
Daar was het dat ik Steve ontmoette. Altijd op zijn zelfde plekje en altijd met een biertje voor zijn neus. Leuke, intelligente vent en ik praatte er graag mee.
Twee jaar geleden verhuisden we naar de North East en kwam ik helaas niet meer in Marble. Een kilometer of 15 rijden voor wat bier was niet echt de moeite.
Een week of drie geleden dacht ik aan Steve en ik stuurde hem een SMSje. Bleek dat de brave man een ongevalletje had gehad en een week of acht in de kliniek had gelegen. Hij stuurde twee foto's, eentje van zijn gezicht en eentje van zijn rechterarm en mijn maag keerde...
Gisteren dan moest ik aan die kant van de stad zijn en ik ontmoette Steve op een prachtig terrasje. Helaas zag Steve er zelf zo prachtig niet uit.
Vier maand na het ongeval was zijn gezicht nog altijd gezwollen en toen ik de biertjes op tafel zette, haalde mijn vriend een rietje boven en dronk op die manier voor de rest van de namiddag.
Steve was een enthousiast ULM piloot en werkte ook graag aan de motor en de hele constructie.
Hij had een koper gevonden voor een motor waar hij vanaf wilde en die man zou ergens eind januari het ding komen kopen.
Steve, handig als hij was, had de motor van het vliegtuigje gehaald en naar zijn oprit gesleept. Voor de klant kwam, wilde hij het ding nog even warmdraaien...
"Hoe ik zo stom kon zijn, weet ik nog altijd niet," zei Steve, terwijl ik wat dichterbij ging zitten want het was moeilijk om hem te verstaan.
"Ik had de motor los op vier blokken gezet en had er nooit bij stilgestaan dat ik het misschien beter ook kon vastmaken."
De gevolgen van dat kleine denkfoutje waren desastreus.
De motor was sterk genoeg om het hele toestel met piloot voldoende snelheid te geven op de landingsbaan voor het opstijgen en had genoeg kracht om je aan een flinke vaart vooruit te duwen eens je vloog.
Steve zat op een krukje achter de motor en verbond die met een batterij. Op het moment dat de propeller aansloeg en de motor besefte dat hij nergens aan vastzat, was het hek van de dam.
De schroef tilde het hele blok op, maakte een halve salto in de lucht en vond Steve op zijn pad.
Het hele kaakbeen van de arme man werd verbrijzeld, ongeveer al zijn tanden werden er uitgemept en de propellor hakte een stuk uit zijn bovenarm en beschadigde zelfs het bot.
"Het bloed spoot overal," zei mijn vriend, "maar ik was merkwaardig genoeg enorm kalm."
"Ik nam met mijn ene hand mijn telefoon en met mijn andere hand tilde ik mijn kaak een beetje op in de hoop dat ik toch enigszins verstaanbaar zou overkomen. Ik werd automatisch doorgestuurd naar een mevrouw die droogweg zei dat zij te ver zat en me zou doorverbinden."
"Het was de langste halve minuut van mijn leven," zei Steve en het was duidelijk dat hij opnieuw op zijn oprit lag. Uiteindelijk kon hij toch zijn locatie doorgeven aan de ambulancier die het dichtste bij was en hij werd naar het ziekenhuis gebracht.
Steve kreeg een tracheotomie waarbij een kunststof pijpje via zijn hals in zijn luchtpijp werd gebracht want er zou zoveel werk aan zijn mond zijn en alles zat zo opgezwollen dat de dokters vreesden dat hij op een bepaald moment zou kunnen stikken.
Ik wees trots op het litteken in mijn hals als was het een lidkaart van dezelfde club en vertelde Steve het verhaal dat me het nauwst aan mijn hart lag omdat het zowel schrikwekkend als hilarisch was..
Steve zou het adembuisje nog een paar maand houden omdat hij in juni weer onder het mes moest maar op een bepaald moment zou het er echt wel uitmoeten en dan groeit het gat in je hals langzaam dicht.
"Als je zover bent, maat, dan gaan ze een gaasje over dat gat spannen wat jij elke dag moet verversen en dat ga je dan ook netjes doen, geloof me!"
Ik nam een slokje van mijn bier om de spanning op te bouwen.
"Onze vliesvleugelige vrienden houden van donkere, warme vochtige holletjes," zei ik terwijl ik de afkeer in de ogen van mijn tafelgenoot zag, "en je wil toch niet dat een vlieg jouw longen uitkiest als haar nieuwste babykamer."
Steve knikte gehoorzaam.
Dat gaasje zou elke dag netjes ververst worden, daar moest ik niet aan twijfelen...
Onmiddellijk erna vuurde ik ongewild het genadeschot af.
"Zeg, Steve, had je ook soms het gevoel dat je aan het stikken was in het slijm in je luchtpijp?"
De arme man had nu doodsangst in zijn ogen en wat hij me vertelde, was exact tot in de details hoe ik me voor weken gevoeld heb in 2007 na de eerder pijnlijke ontmoeting met een gewapende overvaller in Tanzania.
"Being caught between a rock and a hard place," zei Steve en ik begreep wat hij bedoelde.
"Drie keer ging de monitor naast mijn bed flat-line," waarmee hij bedoelde dat de machine geen hartslag meer oppikte, "en drie keer hebben ze me terug gebracht."
"Daar lig je dan," ging hij verder, "je voelt alles langzaam dichtslibben en je weet dat de remedie hiertegen bijna erger is dan dit gevoel want als je op het belletje drukt, komt er - hopelijk - een verpleegster langs die een stofzuiger in dat gat in je hals ramt en je longen ongeveer binnenste buiten keert."
Ik knikte langzaam terwijl ik tranen in mijn ogen had. Onverwerkte herinneringen zou een psychiater wellicht zeggen.
"En dan weten dat het binnen een kwartier weer van dattum zal zijn," fluisterde Steve zachtjes.
We stonden op en wandelden naar de parking waar twee food trucks stonden.
Ik vroeg mijn gezel of hij iets wou eten.
"Heb je een mixer mee dan?" zei hij sarcastisch.
"Ik eet al vier maand papjes met een rietje en dat zal zo blijven tot in oktober heeft de dokter gezegd."
Ik had waarlijk met de arme man te doen...