Translate

vrijdag 30 juli 2010

GENTSCHE FIESTE IN ARUSHA (DEEL III)

Op maandagochtend lieten we de drukte van Arusha achter ons, samen met het spuuglelijke Cultural Heritage en als er 1 reden is waarom ik graag in deze stad woon is dit het wel: tien minuten later reden we door Maasai land, we zagen de boma, de typische hutjes met een bescherming van doornstruiken tegen hyena en andere rovers, we zagen mevrouw met het water en de herder die zijn koeien tussen de laatste droge sprietjes liet grazen.

Iets voorbij Makuyuni kwamen we in het land van de baobabs. De duizenden jaren oude apenbroodbomen groeien uiterst langzaam uit de zaadjes die verspreid worden in de mest van olifanten.
We sloegen af richting Tarangire National Park en met Fons en Heidi achterin die als enigen een blanke chauffeur hadden, bewonderden we het prachtige en ruwe landschap.
We zagen waterbuck, arrogant en zelfzeker omdat ze zelden aangevallen worden door roofdieren gezien hun afschuwelijke geur en smaak, zebra stonden als op een plaatje in het water en als verdere opwarming zagen we ook nog giraffe en impala.

Toen was het tijd voor de lunch.
Damascus, mijn favoriete tent in Arusha, had er iets moois van gemaakt.
Tot grote jaloezie van onze mede-picknickers haalde we bakjes, potjes, flessen en sausjes uit en genoten we van een fantastische maaltijd terwijl Heidi alle sukkels rondom ons hartelijk uitlachte...

..Op maandagochtend lieten we de drukte van Arusha achter ons...

...samen met het spuuglelijke Cultural Heritage...



...reden we door Maasai land, we zagen de boma, de typische hutjes met een bescherming van doornstruiken tegen hyena en andere rovers, we zagen mevrouw met het water en de herder die zijn koeien tussen de laatste droge sprietjes liet grazen...

...We sloegen af richting Tarangire National Park...


...iets voorbij Makuyuni kwamen we in het land van de baobabs. De duizenden jaren oude apenbroodbomen groeien uiterst langzaam uit de zaadjes die verspreid worden in de mest van olifanten...


...en met Fons en Heidi achterin die als enigen een blanke chauffeur hadden...

...We zagen waterbuck, arrogant en zelfzeker omdat ze zelden aangevallen worden door roofdieren gezien hun afschuwelijke geur en smaak...

...zebra stonden als op een plaatje in het water...


...en als verdere opwarming zagen we ook nog giraffe en impala...

...Tot grote jaloezie van onze mede-picknickers haalde we bakjes, potjes, flessen en sausjes uit en genoten we van een fantastische maaltijd...

...terwijl Heidi alle sukkels rondom ons hartelijk uitlachte...

donderdag 29 juli 2010

GENTSCHE FIESTE IN ARUSHA (DEEL II)

Het bezoek moest natuurlijk alle speciale tenten van de stad gezien hebben en daarom gingen we op zaterdag uit eten in een sjieke gelegenheid.
Khan's Barbeque wordt sinds 21 jaar gerund door drie broers en hun oude vader bij de verkoop en door grootmoeder en de schoondochters achter de schermen.
Overdag is de zaak een verkoopppunt voor auto-onderdelen maar 's nachts worden enorme hoeveelheden kip gegrild, naast lamskebabs, rundsbrochetten en nondo, puur vet van de typische bult op de nek van de afrikaanse koe. Het ziet er niet uit maar het smaakt heerlijk...
Ook was het bij deze strikte moslims niet alleen verboden om alcohol te nuttigen; het leek zelfs een doodzonde om het te bestellen.

Eenmaal thuis - de verrassingen hielden niet op - waren er nog cubaanse sigaren en na een lange dag onderweg, beslisten we om zondag rustig thuis te blijven.

AnnaJoyce, mijn partner in de misdaad van in de tijd toen ik bij Asilia werkte, was eventjes vanuit Dar op bezoek en met zijn vieren hadden we een heerlijke tijd.
Er werden vergelijkende studies uitgevoerd tussen afrikaanse en westerse ideeen maar toen er 's avonds "Gentsche stoverij met frietjes" zoals in de tijd van De Kokodril op het menu stond, wezen alle neuzen weer in dezelfde richting, zij het dat Heidi enigszins verwonderd was over het gebodene, Fons eerder ernstig en AnnaJoyce opgetogen zoals altijd...

We brachten AJ terug naar huis, bespraken de safari voor de volgende dag en gingen toen vroeg naar bed voor DEEL III van onze excursie...


...Het bezoek moest natuurlijk alle speciale tenten van de stad gezien hebben en daarom gingen we op zaterdag uit eten bij Khan's Barbeque...

...en nondo, puur vet van de typische bult op de nek van de afrikaanse koe. het ziet er niet uit maar het smaakt heerlijk...

...het leek zelfs een doodzonde om alcohol te bestellen...

...Overdag is de zaak een verkoopppunt voor auto-onderdelen...

alt=""id="BLOGGER_PHOTO_ID_5499232396308370002" />
...Eenmaal thuis - de verrassingen hielden niet op - waren er nog cubaanse sigaren...

...AnnaJoyce, mijn partner in de misdaad van in de tijd toen ik bij Asilia werkte, was eventjes vanuit Dar op bezoek en met zijn vieren hadden we een heerlijke tijd...

...zij het dat Heidi enigszins verwonderd was over het gebodene...

...Fons eerder ernstig...

...en AnnaJoyce opgetogen zoals altijd...

dinsdag 27 juli 2010

GENTSCHE FIESTE IN ARUSHA

Er was een tijd, lang geleden dat ik bij nacht en ontij De Gentsche Fieste onveilig maakte samen met Heidi.
Heidi verdween uit mijn leven en later verdween ook Gent; zij het dan dat het contact nooit helemaal verwaterde.
Als reunie besliste de dame met wie ik acht jaar veel lief en een beetje leed had gedeeld dat een bezoek samen met echtgenoot Fons tijdens de memorabele feestendagen in Gent evengoed in Arusha kon gevierd worden.
Zo kwam het dat ik vorige vrijdag koers zette naar KIA luchthaven om mijn vlaams bezoek op te halen.
Fons en Heidi hadden mijn verzoek om zoveel mogelijk belgisch bier en echte chocolade mee te brengen letterlijk genomen.
Naast een minimieme hoeveelheid eigen bagage waren de koffers topzwaar gevuld met alle heerlijks uit een wereld ver van hier.
De toegestane maximale hoeveelheid van 46 kilogram per persoon werd bevolkt door meer dan dertig verschillende flesjes bier en pakken en pakken chocolade.
Ondanks de vermoeiende nachtvlucht werd toch een tussenstop gemaakt in Mount Meru Game Lodge voor een vergelijkende warenstudie met het tanzaniaans brouwsel.
Daarna reden we naar huis, fristen mijn gasten zich wat op en gingen we voor een heerlijke zeevruchtenschotel naar Blue Heron, gevolgd door een paar cocktails in Damascus.
De vakantie was nu echt wel ingezet voor mijn bezoek.

Op zaterdag beklommen we Kili Ma Moto, mijn lievelingsvulkaantje, ook al is het ding al jaren zachtjes ingeslapen.
We zagen er de baldadige en luidruchtige jeugd van de streek met hun geiten, schapen en een enkele koe en daarna spoelden we het stof door op de prachtige gronden van TGT.

De reunie was alvast in stijl gestart....



...werd toch een tussenstop gemaakt in Mount Meru Game Lodge voor een vergelijkende warenstudie met het tanzaniaans brouwsel...



...Op zaterdag beklommen we Kili Ma Moto, mijn lievelingsvulkaantje, ook al is het ding al jaren zachtjes ingeslapen...

...We zagen er de baldadige en luidruchtige jeugd van de streek...

...met hun geiten, schapen en een enkele koe...

...Als reunie besliste Heidi dat een bezoek samen met echtgenoot Fons tijdens de memorabele feestendagen in Gent evengoed in Arusha kon gevierd worden...



...en daarna spoelden we het stof door op de prachtige gronden van TGT...

vrijdag 23 juli 2010

BANKE BLANKE MAN

In een land waar nog steeds licht communistische gedachten heersen (ook al werd het hier dan jaren socialistisch genoemd) en waar het woord "klant" nog steeds in de verpakking zit omdat er nu eenmaal niet veel geld uit te geven valt, zou je toch mogen veronderstellen dat banken, werkzaam in en met het slijk der aarde, wel zouden moeten weten hoe hun menselijke melkkoeien te benaderen.

Helaas en gelukkig liep het in dit heerlijke stukje Afrika weer net iets anders...

Aangezien mijn collega meer en meer rondreist, achtten we het met zijn allen raadzamer dat ik ook toegang zou krijgen tot de bankrekeningen.
Daarom belde ik vorige week tot drie keer toe mevrouw Edina van Standard Chartered Bank.
Iedere keer vroeg ik haar welke documenten ik precies nodig zou hebben, maar elke keer nodigde die lieve Edina me gewoon uit om zonder meer langs te komen.
Het leek wel of die staatsgevaarlijke informatie niet over een oridinaire telefoonlijn mocht gedeeld worden.
Ik overliep een lijstje in mijn hoofd en verscheen uiteindelijk vandaag op kantoor om de materie door te nemen met Peter, een vrolijke nicht van het ergste soort.
Edina was verhinderd had ze me telefonisch laten weten met de gevleugelde woorden: "Blijkbaar ben ik niet op kantoor."
Het is duidelijk dat er naast een gebrek aan communicatieve vaardigheden ook iets aan haar Engels scheelt...
Het verhinderd zijn, verhinderde haar evenwel niet om deel te nemen aan het panelgesprek dat gevoerd diende te worden ten einde vast te stellen of ik wel toegang zou krijgen tot de bankrekeningen.

Eerste onoverkomelijke probleem bleek het woordgebruik van onze directeur te zijn.
Er stond in grote officiele letters "toegang tot alle drie onze bankrekeningen".
Veel kon je daar niet mee misbegrijpen maar Edina vond dat dat aangepast moet worden tot de nummers van de rekeningen.
Een inwendig stemmetje zeurde in me.
"Mens, ik wilde dat je blijkbaar niet op kantoor was..."
Daarnaast was me in een zeldzaam moment van schending van het bankgeheim toevertrouwd dat ik twee pasfoto's moest indienen.
Vandaag was dat zonder opgaaf van reden opgetrokken tot vier.

Ik rende de bank uit, vond een fotowinkel om de hoek en zette de dame aan tot grote spoed.
Dat kon echter niet zonder een kruisverhoor.
Waren de foto's bestemd voor een bank, voor immigratie, voor TRI of voor iets anders?
En alweer was daar dat zeurende stemmetje.
"Juffie, doe je werk en toon me dat vogeltje..."
Bleek gelukkig dat de jongedame gelijk had want toen ze ook nog vroeg om welke bank het precies ging, kwam de aap uit de mouw.
Elke bank en elke governementele instelling had zijn eigen voorkeur voor grootte van de foto, voor achtergrond en voor belichting.
De paspoortfoto-business kon er maar wel bij varen.

Enigszins getroubleerd door al die verwarrende informatie werd ik met mijn fotootjes door Peter met de wuivende handjes het kantoor weer ingeleid.
Alles was goed, alles was geregeld...
Of ik binnen vier weken kon terugkomen, dan zou er wellicht meer nieuws zijn.
De lonen zullen we volgende week misschien maar beter cash uitbetalen...

maandag 12 juli 2010

CREATIEF DE MARKT BESPELEN

Ze kunnen het niet, die arme zwartjes.
Een beetje zoals de belgische prins Filip; het zit er niet in en het zal er bijgevolg nooit uitkomen.

Ze willen het niet, die luie bende tamzakken.

Zo denken we erover, zo zien we het dag in, dag uit...

Helaas is het ons, blanken en Indiers, die het land zo ongeveer besturen met een achteloze arrogantie die niet moet onderdoen voor de tijd van voor de onafhankelijkheid, nog altijd niet geheel duidelijk dat we in twee verschillende divisies spelen.

Ze kunnen het niet, die arme drommels.
Natuurlijk kunnen ze het niet zoals wij het doen.
Van bij de geboorte loop je een achterstand op aangezien je op de wereld komt in een kansarme omgeving. Zoals ook in Europa bewezen is, is armoede een vicieuze cirkel. Wie er in opgroeit, maakt veel minder kans om het verder te schoppen dan iemand uit een hoger sociaal-economisch milieu.
Daarnaast hebben wij een degelijke opvoeding genoten. Niet met zijn veertig in een klasje met een paar verouderde vilten kaarten aan de muur en een beduimeld boek dat met zijn zevenen moet gedeeld worden.
Wij hebben al die jaren geleerd hoe ons te gedragen in een wereld die veranderde aan een tempo dat nog enigszins te volgen was.
Met grote haast importeren we hier verwachtingen en procedures terwijl we er gelijk van uit gaan dat onze zwarte broeders en zusters dat tempo maar zullen volgen.
En nog veel verwarrender, dat ze het ook nog zullen begrijpen...

Ze willen het niet, dat zootje ongeregeld.
Ze zijn lui!
Leah en Anna, onze twee schoonmaaksters staan elke dag om vier uur op zodat ze om zeven uur op het werk zijn.
Een halfuur naar beneden wandelen van Ilboru lodge (waar ik mijn bezoek altijd mee naartoe neem - met de auto natuurlijk - wandelen is te vermoeiend voor me), dan twee keer overstappen in dala dala's en dan nog eens een half uurtje te voet.
's Avonds in de omgekeerde richting en om zeven uur zijn de dames weer thuis.

Eergisteren reed ik de dikke Prado uit mijn opritje om half zeven 's ochtends en bijna zat er een groenteverkoopstertje van mijn buurt onder de wielen.
Ik maakte een praatje om me te verontschuldigen en toen bleek dat de mama op weg was naar de centrale markt om groenten in te kopen, kon ik ze gelijk een lift geven.
Op andere dagen was ze anderhalf uur onderweg, was ze duizend shilling aan vervoer kwijt en twintigduizend shilling aan groenten.
Tegen het eind van de dag hoopte ze dan vierduizend shilling winst gemaakt te hebben, toch wel twee en een halve euro.

Tanzanianen zijn net zo inventief als wij; alleen gebeurt het op een totaal ander niveau.
Ze spelen gewoon in een andere klasse.

Gisteren hoorde ik - je kan het zelf niet bedenken - dat er kapotte spaarlampen te koop zijn in de stad.
Eenvoudig geregeld: je draait een kapotte lamp in de fitting, je neemt de goeie mee naar huis om te verkopen en je baas betaalt wel voor de fraude.
Praat ik hier diefstal goed? Zeer zeker niet!
Het is verwerpelijk, het ondermijnt de economie en misschien wel je eigen job maar het maakt tegelijk pijnlijk duidelijk dat die vier euro toch maar mooi meegenomen is.
Blanken en Indiers zitten op de directeursstoel, niet omdat we zoveel slimmer en inventiever zijn, maar omdat we een lang bestaande monopoliepositie in stand houden.
Binnen twintig jaar, als een nieuwe generatie degelijk opgeleide Tanzanianen aan het roer staat en de oude krokodillen naar de geschiedenisboeken zijn verwezen, is ons lot bezegeld.
We zullen al blij mogen zijn als we nog gewoon mogen mee knikkeren met de grote jongens...

maandag 5 juli 2010

UJAMAA

Toen de dieren nog spraken en ik een cafe uitbaatte in Gent - een heel leuke tijd geweest maar nooit een seconde spijt gehad dat het allemaal voorbij is - was een ontsierende steunpaal aan het zicht onttrokken door een imposante kandelaar.
Het mooie stukje werk was gemaakt door een man die voor de kost poorten in elkaar lastte.
Via zijn dochter, de aan stroperige advocaat verslaafde Isabel - we joegen er samen liters door - die boven de zaak woonde, werd de hulp van papa ingeroepen om het cafe er wat fleuriger te laten uitzien.
Papa Isabel was een typische stugge westvlaming.
Nadat alle werken uitgevoerd waren en we met zijn allen onze bewondering uitten voor zijn vakmanschap, bromde de man tegen zijn dochter dat ze hem nooit meer zulke opdrachen moest geven.
Nee, het had hem niet veel moeite gekost; ja, het zag er goed uit; maar geef hem maar poorten, dat was zijn passie.
Ik heb het nooit begrepen maar ik heb de fantastisch kandelaar wel altijd bewonderd.

Vijf jaar later is het sierstuk in ere hersteld.
In januari ging ik langs bij een houtbewerker. Meneer Baraka zou een paal voor me maken in rozenhout.
De gekozen stijl was Ujamaa; de verbondenheid van de Tanzanianen die zo gepromoot werd door de grote roerganger president Nyerere,
Het betrof hier een opeenvolging van eenvoudig uitgewerkte menselijke figuurtjes die allemaal met elkaar verbonden zijn.

Eind februari zou het ding klaar zijn.
Vorige zaterdag - - vier maand na datum - kon ik het kunstwerk ophalen. Dat het uiteindelijk ook nog eens dertig centimeter korter was dan mijn schriftelijke aanvraag, zullen we maar aan de afrikaanse kalenders en schuifmeters wijten...

Manase, mijn vaste timmerman, werd opgetrommeld en twee uur later dan afgesproken, kwam ie binnengewaaid, nog stinkend naar de slokdarmvernietigende Konyagi die ie de dag ervoor gezopen had.
Hij deed wat halfslachtige pogingen om professioneel over te komen en verdween toen weer zwalpend met een voorschot voor verf en vijzen wat ongetwijfeld onmiddellijk weer verdween in de aanschaf van alcohol.
Zo kwam het dat Manase op zondag drie uur later opdook dan afgesproken.

Hij stonk nog meer dan de dag ervoor maar zijn werk en zijn inzicht maakten alles goed.
Samen installeerden we het houtsnijwerk en de kandelaar en nu ziet mijn huis er nog iets mooier uit.
Ik ben een gelukkig man...